Jupiter is de grootste planeet van ons zonnestelsel. Hij is vernoemd naar de Romeinse oppergod. De oude Grieken associeerden de planeet met de oppergod Zeus. Er passen zo’n 1320 aardes in de planeet. De reuzenplaneet is de vijfde planeet vanaf de zon gerekend en staat 5,2 keer zo ver van de zon als de aarde. De planeet is het derde helderste object aan de nachtelijke hemel, na onze maan en de planeet Venus. Met een verrekijker of een kleine telescoop kun je zelfs het spel van zijn vier grote manen in hun rondjes om Jupiter zien. Hij is tweeënhalf keer zo zwaar als alle andere planeten bij elkaar en maar tien keer zo klein als de zon. Samen met de – ook zware – planeet Saturnus heeft Jupiter er vermoedelijk voor gezorgd dat door hun zwaartekracht voorkomen is dat rotsblokken tussen Mars en Jupiter samenklonterden tot een (nieuwe) planeet. De dominantie van Jupiter in het zonnestelsel heeft geleid tot veel ruimtevaartmissies naar en langs de planeet, te beginnen met de ‘flyby’ van de Pioneer 10 in 1973.
Het oppervlak van Jupiter
Tussen de banen van de planeten Mars en Saturnus beweegt Jupiter in bijna twaalf jaar om de zon. Jupiter mag dan wel een logge en zware indruk geven, traag is hij geenszins: hij draait snel om zijn as, een dag op Jupiter duurt iets minder dan 10 uur en is daarmee de kortste dag van de acht planeten in ons zonnestelsel. Omdat Jupiter zo snel ronddraait is hij afgeplat. In de atmosfeer woeden veel stormen die zich uiten via witte banen en ronde structuren. Een van de opvallendste kenmerken van Jupiter is de Grote Rode Vlek even ten zuiden van de evenaar. De rode vlek is in 1655 door Giovanni Cassini voor het eerst gemeld. In maart 1979 kwam ruimtesonde Voyager 1 in de buurt van de rode vlek en nam gedetailleerde foto’s van het verschijnsel. De vlek roteert eens in de zes dagen en torent acht kilometer boven de omringende wolkentoppen. In 2006 is een nieuwe vlek ontstaan. Deze ontstond nadat 3 witte vlekken samenvoegden tot de nieuwe vlek.
Is Jupiter een mislukte ster?
Jupiter is een gasreus, dat betekent dat hij niet een vast oppervlak heeft. Het gas bestaat voornamelijk uit waterstof en helium, net als de zon, en wordt door zwaartekracht bijeengehouden. In het centrum zit een kern van ijzer en nikkel. Deze rotsachtige kern is twintig keer zo zwaar als de aarde, maar samengeperst tot anderhalf keer de grootte daarvan. Vanwege de grote hoeveelheid waterstof zou Jupiter een mislukte ster genoemd kunnen worden: de zwaartekracht drukt het gas echter niet voldoende samen om kernfusie te laten starten en dan Jupiter te laten schijnen als een ster. Bovendien is Jupiter een echte planeet vanwege de manier waarop hij gevormd is. Namelijk door het verzamelen van het gas en rotsblokken in het gebied van zijn baan om de zon nadat de zon als ster ontstaan is. We zien hem nu doordat zonlicht op zijn atmosfeer naar ons toe weerkaatst wordt.
De manen van Jupiter
Omdat Jupiter zo enorm groot is, is hij met het blote oog ’s nachts goed zichtbaar. Jupiter heeft heel veel manen. Momenteel zijn er ruim 70 bekend, waarvan alleen de vier grootste de bekendste zijn en met een verrekijker gezien kunnen worden, of met een fototoestel gefotografeerd kunnen worden (zie foto hieronder). Deze vier zijn in 1610 voor het eerst door Galileo Galilei gespot met de toen net uitgevonden telescoop. Deze groep van vier wordt daarom de Galileïsche manen genoemd. Het was de eerste keer dat men een object om een ander object dan de aarde zag bewegen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de ruimtesonde die Jupiter voor het eerst goed heeft onderzocht de naam Galileo gekregen heeft. De manen hebben de volgende namen gekregen: Io, Europa, Ganymede en Callisto, in de volgorde van hun toenemende afstand tot Jupiter. Deze vier draaien in slechts enkele dagen om de planeet in een mooi samenvallend baanvlak, als een klein zonnestelseltje. Ganymede is overigens de grootste maan in ons zonnestelsel, ongeveer 1,5 keer groter dan onze maan en zelfs groter dan de planeet Mercurius. Merk op hoe verschillend deze vier manen eruit zien, ondanks hun onderlinge nabije posities in het zonnestelsel. Zo valt de oranje kleur van IO op die het gevolg is van de zwavel die de vele vulkanen op deze maan uitstoot, terwijl Europa wit is door een dikke ijslaag. De vulkanische uitbarstingen op IO zorgen ook voor een sterk soort poollicht op Jupiter.
Carol van den Wijngaart
De Hubble Space Telescope onderzoekt Jupiter
Probeer ‘automatisch vertalen’ naar Nederlands in te stellen