Vervolg Oppepper 24 maart, Het Pandje
Consumptiepaviljoen
Op de site van de Gooi en Eembode vond Esmé nog deze achtergrond info:
Een antiek theehuisje uit het jaar 1929. De architect was ene Jan Kuiter. In het begin heette het Theehuis Craailoo, maar het heeft later meer benamingen gehad (zoals ’Hoofdstuk 10’ of ’Studio’). Het werd ambtelijk omgeschreven als ’consumptiepaviljoen’. Het was eind jaren twintig – crisistijd – een initiatief van de Volksbond tegen Drankmisbruik afdeling Hilversum.”
Ironisch. De eigenaressen sinds tien jaar zijn de zussen Desiré en Patricia Luza. Onlangs werd bekend dat zij in het voormalige restaurant Chez Robert in het Spanderswoud een pannenkoekenrestaurant gaan beginnen.
Martein had nog een leuk weetje: Theehuis de Crailoosebrug, later Het Pandt; de naam komt van oud Hockeyer en Olympisch Hockeyer Henk de Looper die samen met zijn broer Loep de Looper bij de Hilversumse Hockeyclub speelde. Hij kwam met de lunch altijd naar het theehuis en vond het altijd een leuk pandje, en steeds had hij het over het pandje toen is de naam ontstaan.
Eetcafé Het Pandje had nog meer bijnamen o.a.: Studio 13, Studio 22, en is een gemeentelijk monument.
Mustang P-51, Oppepper 24 september 2023
Deze Mustang P- 51 staat ‘geparkeerd ‘ op het dak van de firma Manten aan de Vaartweg 185. Het laatste stukje Vaartweg voordat het overgaat in de Berensteinseweg. Eigenaar van dit pand is Ron Manten. Hij is naast aannemer ook fervent verzamelaar van oorlogsmemorabilia en heeft een klein museum.
Over de Mustang zelf is veel te vertellen. Misschien wat technisch maar voor de liefhebber toch wel interessant.
Little & Big friends
De P-51 North American Mustang was de fighter die zorgde voor het luchtoverwicht van de geallieerde luchtvloot in WO II. De Mustang was door de aerodynamische vormgeving de tijd ver vooruit. Het was het eerste toestel met een nagenoeg laminair vleugelprofiel (onder en bovenkant van gelijke welving). De Mustang was de eerste lange afstandsjager die het mogelijk maakte de 8ste en 15de USAF bommenwerpers te escorteren tot ver boven vijandelijk gebied. Uiteindelijk was het de Mustang die de luchtoorlog won. De P-51 escort jagers werden daarom wel de Little friends genoemd, de bommenwerpers de Big friends.
Ontwikkeling
De P-51 is razendsnel ontwikkeld, North American had slechts 120 dagen om een fighter te ontwikkelen voor de RAF en USAF. Het prototype overtrof alle verwachtingen en de eerste door een Allison motor aangedreven XP-51 vloog op 26 oktober 1940.
De eerste Mustangs werden aan het eind van 1941 aan de RAF geleverd en de eerste inzet was in de zomer van 1942. De Alllison aangedreven P-51’s waren underpowered en konden niet meekomen in het luchtgevecht, nadat de Allison werd omgeruild met de RR-1650-7 werd de P-51 de meest gevreesde geallieerde jager.
Wat maakte de P-51 zo speciaal
Wanneer je zoekt op P-51 op Youtube kom je een scala van bijzondere filmpjes tegen die de historie of bijzonderheden van dit vliegtuig laten zien.
Beeld ‘Lezende kinderen’, Frederik van Eedenschool
Oorspronkelijk was het beeld bedoeld voor de toen in aanbouw zijnde Jan Campertschool aan de Buisweg. Toen het beeld klaar was werd het echter opgeslagen tot het in 1967 geplaatst werd op de gevel van de nieuwe Dr. Huizingaschool aan de Vosmaerlaan. Toen die school in de jaren 90 werd afgebroken ten behoeve van woningbouw aan de Vosmaerlaan/Van Hogendorplaan verhuisde het reliëf naar de huidige plek aan de Van Hogendorplaan.
Hakkend uit het blok
Cor Hund (1915-2008) volgde zijn opleiding aan de Rijksakademie van Beeldende Kunsten in Amsterdam en kreeg les van onder meer Jan Bronner. Zijn materiaalgebruik (vaak zoals bij dit beeld kalksteen) en zijn manier van werken (rechtstreeks hakkend uit het blok) was nog zeer traditioneel. Hund was ook schilder en tekenaar.
Alhoewel het onderwerp van het beeld, een lezende jongen en een lezend meisje, duidelijk herkenbaar is, is het zeker niet realistisch weergegeven. Het accent ligt op de ronde vormen van de kinderlichamen en de hoekige vormen van het boek en – in het verlengde daarvan – de strakke lijn van het rechterbeen van de jongen.
Poortgebouw Doodgraverswoning Vituskerk,
Oppepper 16 juli 2023
Het poortgebouw Doodgraverswoning, is gelegen aan Schapenkamp 250 in Hilversum. Vroeger was het adres Sint Annastraat 9 en nog langer geleden, toen er nog geen huisnummering was, heette dit straatje Baarnsche Weg.
Hier werd de allereerste rooms-katholieke begraafplaats (“kerkhof”) aangelegd, achter de r.-k. Sint Vituskerk. De bouw van twee huisjes was van 1875 tot 1885. De karakteristieke stijl is een voor de bouwtijd karakteristieke, eclectische stijl. Wat nu nog rest van de begraafplaats is een onderdeel van de oorspronkelijke symmetrische opzet, maar die is verloren gegaan. Aan het einde van de bomenrij middenin de begraafplaats stond vroeger een soort huisje/kapelletje waar de jongens van de Aloysius mavo via het kelderraam in konden kruipen. Nu resten alleen nog het woonhuis van de doodgraver en de achtermuur langs het schoolplein van het Aloysius College.
Vitushof
Het was het woonhuis van “doodgraver” Hein de Leeuw (officieel Hendrik de Leeuw), 1826 (Laren) – 1897 (Hilversum). Zijn schoonzoon Wessel van Arnhem (Bussum, 1860 – Hilversum, 1946) was zijn opvolger als doodgraver. Na zijn dood woonden zijn twee dochters nog een tijdlang op de begraafplaats maar wegens gebrek aan permanent toezicht verloederde de begraafplaats en werd besloten tot algehele ruiming. Thans dient het als stadspark – Vitushof – waarbij er nog contouren te zien zijn van de vroeger aanwezige graven. Het park wordt deels onderhouden door leerlingen van het aangrenzende Aloysius College. Een oase van rust, hoewel het langsrazende verkeer altijd wel hoorbaar is…
De begraafplaats werd op 22 oktober 1851 plechtig ingewijd en per 31 december 1957 definitief gesloten. Na de wettelijke termijn van 10 jaar mocht de begraafplaats geruimd worden. Dat gebeurde in juli 1969. In 1967 waren de onderhandelingen tussen gemeente en het kerkbestuur begonnen over de aankoop van de grond voor de aanleg van het eerste stuk van de verdeelweg, die als rondweg om het centrum van Hilversum zou gaan dienen. De gebouwen op en rond de begraafplaats dienden uiterlijk 1 januari 1972 leeg en ontruimd te zijn. Nabestaanden van de graven, die dat wensten konden zich in verbinding met de gemeente stellen voor herbegraving van familieleden of andere wensen. Een klein aantal meldde zich voor herbegraving op de begraafplaats St. Barbara. Na de aanleg van de Schapenkamp kreeg de begraafplaats een nieuwe functie.
Villa Benvenuta, Oppepper 9 juli 2023
Villa Benvenuta is gelegen aan de Bussumergrintweg 40 te Hilversum en is tegenwoordig van “Domus Magnus, kleinschalige ouderenzorg”.
De stijl is een combinatie van Amsterdamse school en Engelse landschapsstijl. Dat laatste zal dan wel vooral gelden voor de tuinaanleg. Het bijzondere aan deze villa is dat er sprake is van een totaal-ontwerp. Ook het mooie interieur is uit de zelfde periode. Kijk hier naar een filmpje over de villa.
De architect is Jan Dullaart, die onder andere de Lutherse kerk aan de Bergweg, het zwembad aan de Kapelstraat (lang geleden afgebroken) en diverse woon/winkelpanden in Hilversum ontwierp. De villa is gebouwd rond 1929. De huidige naam is Benvenuta, maar de oorspronkelijke naam is Villa De Bult.
Het huis is gebouwd als woonhuis voor een koopman in kruidenierswaren, Hans Bos en Anna van der Kooij. Zij waren tevens de laatste zelfbewoners. Zij verbouwden het huis grondig voor het gebruik als particulier bejaardenhuis. Hans had in de kelder een muziekstudio. Het is jarenlang een gezinsvervangend tehuis geweest en sinds 2009 een particuliere zorginstelling van Domus Magnus.
Voor corona was het mogelijk om op zondagmiddag een huisconcertje bij te wonen en een borrel te genieten. Ook kon je op afspraak mee-eten.
Fabrikeurswoning Groest 104, Oppeper 2 juli 2023
Gerard heeft een heel persoonlijk verhaal over deze locatie geschreven.
In mijn schooltijd ben ik daar heel wat keren geweest.
In 1918 begon hier de Nederlandse Seintoestellen Fabriek (NSF). Die verhuisde drie jaar later naar de Jan v.d. Heijdenstraat waar de NSF de allereerste radio-uitzendingen vanuit Hilversum verzorgde. Dit pandje aan de Groest wordt dus beschouwd als de bakermat van Hilversum Mediastad.
Aanvankelijk ging het alleen over radioverbindingen met de scheepvaart. Radio voor het grote publiek bestond nog niet, want daar waren nog geen ontvangtoestellen voor.
Toen de NSF zijn radio-uitzendingen voor het publiek begon, was er al een radiostationnetje in Den Haag maar dat heeft het niet lang volgehouden. Anders was Den Haag wellicht de Nederlandse mediastad geworden….
Omroeppionier Willem Vogt
Wat ontbreekt op het monument-schildje is de naam van omroeppionier Willem Vogt, oprichter van de HDO (Hilversumse Draadlooze Omroep, 1926) waaruit later de AVRO is voortgekomen. Willem Vogt was later niet onomstreden, met name door zijn opstelling t.a.v. joodse medewerkers in de Tweede Wereldoorlog. Hij was in zijn jonge jaren naar dit pand in Hilversum gekomen voor de scheepvaartradio. Er bestaat een nooit officieel bevestigd verhaal dat zijn huishoudster niet in Amsterdam wilde wonen, en dat feitelijk daardoor Hilversum de Nederlandse mediastad is geworden, en niet Amsterdam.
Enfin, Willem Vogt kwam in dit pand terecht, aanvankelijk dus voor de scheepvaartradio.
Op zijn oude dag kreeg hij nog een erebaantje: administrateur van de toenmalige NOZEMA (Nederlandse Omroep Zender Maatschappij) die de (technische) zendapparatuur en zendmasten beheerde. Links van Groest 104 werd een houten kantoortje neergezet waar Willem zijn ding kon doen. Daar heb ik hem een keer kunnen bezoeken. Ik had zijn boek (levensverhaal) “Spanne en Spanningen” gelezen (geleend van een technisch buurjongetje) en dat had bij mij veel vragen opgeroepen. Die had ik opgeschreven, en ik ben een keer bij hem in zijn kantoortje geweest. Hij heeft toen al mijn vragen tot in detail kunnen beantwoorden, waarbij hij zich verrast toonde dat een jonge Hilversummer zoveel belangstelling had voor zijn radioverleden!
Leven met radio
In het jeugdboek “Het elektron omspande de wereld” van Leonard de Vries stond ook veel over de totstandkoming van de omroep, maar dat boek heeft (helaas, met heel veel andere boeken) onze verhuizing naar een seniorenflat (met veeeeel minder opbergruimte) niet overleefd.
Een ander boek van Willem Vogt dat ik lang geleden met grote belangstelling heb gelezen was “Een leven met radio”. Ik kan me niet herinneren of ik het boek zelf ooit in bezit heb gehad maar met grote zekerheid weet ik dat nu niet (meer) heb.
Noot van de redactie
Redactielid Helmi groeide op vlakbij het Haagse radiostationnetje in de Beukstraat 8. Menig Hagenaar met historisch besef realiseert zich dat de bakermat van de media eigenlijk in de Beukstraat lag. Hans Henricus, Schotanus à Steringa Idzerda maakte op 6 november 1919 vanuit de Beukstraat zijn eerste aangekondigde draadloze radio-uitzending. Daarmee is feitelijk de omroep begonnen.
Maar soms kunnen kleine beslissingen grote gevolgen hebben. Als de heer Vogt een Haagse huishoudster had gehad dan was Hilversum absoluut geen Mediastad geworden.
Het beeld Mercurius bij Drukkerij De Boer, Oppepper 25 juni 2023
Het beeld Mercurius dat we vorige week als puzzelfoto hadden, werd door velen herkend. Het ging over het boegbeeld van voorheen drukkerij De Boer aan de Vreelandseweg 5. Het is gemaakt door Dick Stins (1914 -1984) en is in brons, gepatineerd met torengoud.
Mercurius is vanouds de Romeinse god van de handel. De god is hier dynamisch afgebeeld met de attributen die zijn snelheid accentueren: gevleugelde sandalen, een gevleugelde helm en de met slangen omkronkelde gevleugelde staf (caduceus).
Het beeld heeft een hoogte circa 3 meter. Mercurius is jong, atletisch, ongekleed en dynamisch weergegeven. Hij staat op zijn linkerbeen op een bol en is voorzien van zijn vaste attributen. Zijn rechterarm is vooruitgestrekt uitgebeeld en houdt een caduceus (magische staf) vast. De staf is door twee slangen omwonden en bekroond met twee vleugels. Zijn hoofd is getooid met een petasus, een gevleugelde hoed en geschoeid met gevleugelde sandalen, symbolisch voor zijn snelheid. Zijn rechterbeen is schuin naar achter gebogen en zijn licht gebogen linkerarm, actief en schuin langs zijde uitgebeeld. Zijn gezichtsuitdrukking is stoer en krachtig. Het gehele bronzen beeld is naturalistisch en gedetailleerd uitgewerkt. Er is bij de oppervlakkige visuele inspectie geen signatuur of een gietersmerk aan de buitenzijde aangetroffen. Het beeld is geplaatst op een beschilderd betonnen ca. 4 meter hoge conische kolom bekroond met een grote ronde bol. De bovenzijde van de kolom is rondom verfraaid met cannelures en afgedekt met een taps toelopend blauw geschilderd vlak.
Een mooie video van het beeld is hier te zien.
Het beeld bij de Cuneraschool, Oppepper 11 juni 2023
Annemieke vindt het leuk om n.a.v. de puzzelfoto’s nog meer informatie te zoeken dan dat er bij de oplossing gegeven wordt. Zij zocht o.a. op wie er nu eigenlijk Cunera is. Leuk hoor Annemieke.
Ze schrijft: ‘Het leuke van jullie puzzelfoto’s is niet alleen het bedenken waar het zou kunnen zijn, maar de foto’s geven vaak ook aanleiding om op internet naar informatie te zoeken. Dit keer zocht ik gegevens over architect Andriessen en was ik verrast dat er zoveel huizen (arbeiderswoningen en villa’s), scholen, winkels en ook de St.Josephkerk door hem zijn ontworpen. Nico Andriessen werd beïnvloed door Berlage en was van 1921-1940 de vaste architect van Volkswoningbouwvereniging St.Joseph. Zijn vader Piet Andriessen was als gemeentearchitect de voorganger van Dudok.’
Verder meldt Annemiek:
Omdat de school eerst Cuneraschool heette ligt het voor de hand dat het beeld Cunera voorstelt. Dus haar heb ik ook even gegoogeld, omdat ik benieuwd was naar haar attributen. De sleutel herkende ik, maar wat houdt ze nog meer vast? Via Wikipedia: Toen de heilige Ursula van Keulen en haar elfduizend maagden in de vierde eeuw bij Keulen werden overvallen door de Hunnen, werd Cunera – een prinses van de Orkaden – gered door de koning van de Rijn, die haar verborg onder zijn mantel en meenam naar zijn paleis te Rhenen. Hier maakte ze zich spoedig geliefd bij het volk door haar vriendelijkheid en de zorg voor de armen. De koning vertrouwde haar bovendien de sleutel van zijn voorraadkelders toe. Dit alles wekte de jaloezie van de koningin. Toen de koning een keer op jacht was, werd Cunera gewurgd door de koningin en haar kamerheer met behulp van een halsdoek van Egyptisch katoen. Ze werd begraven in een paardenstal. Dankzij onrust van de paarden werd de misdaad ontdekt. De koningin pleegde zelfmoord door van de Heimenberg te springen; de kamerheer werd onthoofd. Na Cunera’s dood werden veel mensen genezen bij haar graf. Ook meende men dat dankzij haar hulp schepen niet vergingen.
De veronderstelde wurgdoek van Cunera wordt bewaard in het Catharijne Convent.
Telegraafkantoor Bussumerstraat, Oppepper 4 juni 2023
Het voormalige telegraafkantoor aan de Bussumerstraat 71-117 werd in 1915 ontworpen door architect C.H. Peters en is in 1977 verbouwd tot wooneenheden voor jongeren. De opening werd verricht door Marcel van Dam, die toen staatssecretaris was. In 2022 werd het compleet gerenoveerd en verduurzaamd.
Maar de eyecatcher van het pand is toch echt de woning met de markante erker die op de tweede woonverdieping aan de gevel geplakt lijkt. Hij steunt op stalen balken.
Het telegraafkantoor stond ooit achter het postkantoor dat in 1960 werd gesloopt. Op die plek staat nu het door Dudok ontworpen winkelpand van C&A. Nu zit boekhandel Voorhoeve in een gedeelte van dat pand.
Jongerenhuisvesting
De studio’s zijn bestemd voor jongeren vanaf 18 jaar. Zelfs de allerkleinste studio’s hebben een eigen badkamer, een keukenblok en een privéberging in het souterrain. De helft is bedoeld voor jongeren tot en met 22 jaar. Voor de kleinere studio’s komen ook jongeren onder de 23 jaar in aanmerking voor huurtoeslag. De grotere studio’s van 30-40 m2 zijn via loting toegewezen aan jongeren tot 26 jaar.
Verduurzamen
Het project is een mooi voorbeeld van gebruik maken van beschikbare ruimte en het verduurzamen van een monument. Dit is het eerste gemeentelijke monument dat van het gas af is.
Iedere studio heeft een eigen luchtventilatiewarmtepomp. In goed overleg met de gemeente – aan een monument worden immers behoorlijk strenge eisen gesteld – hebben alle ramen dubbel glas gekregen en zijn de oude, houten kozijnen vervangen door nieuwe exemplaren in precies dezelfde stijl. Er zijn zelfs zonnepanelen op een deel van het dak gelegd.
Ook binnen zijn stijlkenmerken zo veel mogelijk behouden en bij de sloop kwam er een aantal zelfs weer tevoorschijn. Alles is op maat gemaakt en goed geïsoleerd, dat maakt dit een heel uniek en bijzonder project. Het wooncomfort is enorm verbeterd.
Traverse station Hilversum Media Park, Oppepper 28 mei 2023
Jarenlang was er op station Hilversum Media Park – toen nog station Hilversum Noord geheten – slechts een gammele loopbrug die de beide perrons met elkaar verbond. Treinreizigers die van of naar het Media Park wilden lopen moesten de behoorlijk drukke Mies Bouwman-Boulevard oversteken – die ook pas sinds 2007 zo heet – waar nog wel eens ongelukken gebeurden. Tussen 2010 en 2011 werd de loopbrug vervangen door een overdekte traverse, die niet alleen de beide perrons met elkaar verbond, maar ook het Media Park met het station. Deze bijna tweehonderd meter lange traverse is uitgevoerd als ronde buis, en één van de twee uiteinden is voorzien van een groot transparant testbeeld. De traverse is ontworpen door architectenbureau Meyer en Van Schooten en Strukton Infratechnieken.
Het testbeeld is behoorlijk natuurgetrouw uitgevoerd. In het reflection check-veld is de naam van de traverse geplaatst, “Via de Kijkbuis”, en in het frequency check-veld zijn de woorden “Media Park” geplaatst. Volgens goed Nederlands gebruik is de naam van de traverse bepaald via een prijsvraag (“Kijkbuis”), en volgens nog beter Nederlands gebruik was er vervolgens gedoe om de uiteindelijke naam.
Hoe dan ook, een mooie uitvoering van het testbeeld, en zo te zien vooral bij donker behoorlijk fotogeniek.
Van Hilversum Noord naar Media park
Op de dag van de opening waren er ook borden op het station te zien met de naam Media Park. Maar pas in 2013 is de werkelijke naamsverandering doorgevoerd.
Het Huisje van Dudok, Oppepper 21 mei 2023
De fotopuzzel van vorige week laat een deel van de zijgevel zien van het ‘Huisje van Dudok’, zoals dit gebouwtje bekend is geworden. Het stond aanvankelijk op het terrein van de Hilversumse drafbaan, aan de kant van de grote tribune ter hoogte van de finishlijn. Het kleurrijke gebouw dateert oorspronkelijk van 1925 en is in gebruik geweest als toegangskaartenkantoor, kleedruimte voor pikeurs, als vergaderruimte en als kantoor van de directeur van het Sportpark. In 1998 is de drafbaan van Hilversum na vele noodlijdende jaren gesloopt, om plaats te maken voor het Europese hoofdkwartier van Nike. Ook dit Dudok-monument is daarbij gesneuveld, maar het werd in 2000 een paar honderd meter verderop nagebouwd, onder leiding van architect Baddy Hartman. Deze exacte Dudok-kopie, met het karakteristieke rieten dak, staat nu tegenover de tribune van de atletiekbaan, ook een schepping van Dudok uit 1920. De moderne aanbouw aan de westzijde is uiteraard niet van Dudok, maar van Hartman. Het pand wordt nu gebruikt door Castanea Bedrijfsmakelaarsdij. In 1919 is naar ontwerp van Willem Dudok een sportpark ontwikkeld nabij de Soesterstraatweg, inclusief een lange afstandsbaan waar o.a. paardencourses op gehouden konden worden.
In 1920 was de tribune gereed. Nadien werden de open zijtribunes overdekt en ook de officiële loge voor de burgemeester en zijn gasten werd naar het veld toe uitgebreid, met name ook vanwege het koninklijke bezoek tijdens bijzondere gebeurtenissen, zoals de viering van het 500-jarig bestaan van Hilversum in 1924, de ruiterfeesten en het Internationale Concours Hippique tijdens de Olympische Spelen van 1928.
Mooi Magnolia’s….
ANWB paddenstoel 20004/001 en ’t Bluk, Oppepper van 2 april 2023
Deze specifieke paddenstoel heeft nummer 20004/001, en staat nabij Theehuis ’t Bluk. Dit was oorspronkelijk paddenstoel nr. 2 en lag aan het eerste ANWB-fietspad van Nederland. Nummer 1 staat bij La Place. De bakermat van de paddenstoel.
Op 21 februari 1919 kozen enige bestuursleden van de Algemene Nederlandse Wielrijdersbond (A.N.W.B.) op de hei bij het Sint Janskerkhof te Laren een ontwerp voor wegwijzers ten behoeve van de toeristische fiets- en wandelpaden. Deze plek kan dan ook worden gezien als de bakermat van wat nu al jaren de bekende paddenstoelen zijn en waarvan er inmiddels in heel Nerdeland meer dan vijfduizend zijn geplaatst. Bij de ANWB werd in die tijd wel eens gesproken over het plaatsen van dergelijke wegwijzers maar het duurde tot 1918, toen – na enig aandringen van de Rijwielpadenvereniging Gooi- en Eemland – men daadwerkelijk aan de slag ging. Architect en tevens ANWB-bestuurslid, ir. J.W.H. Leliman uit Baarn, ontwierp hiervoor een aantal modellen. Men koos in 1919 uiteindelijk voor het vierkante ‘paaltje van beton met breeden kop, op welks schuinaflopende vier zijden eenvoudige opschriften zijn aangebracht’.
Bij de eerste paddenstoelen stond de tekst op houten plankjes die op het beton waren geschroefd. Al snel verdween het hout en werd de tekst direct op het beton geschilderd. Omdat de verf daarop slecht hechtte nam de ANWB in 1927 een geslaagde proef met een stalen kap die over de betonnen kop met één bout kon worden bevestigd. Het ontwerp is door de jaren heen met de tijd meegegaan, maar de oorspronkelijke uitgangspunten zijn steeds bewaard gebleven. De naam paddenstoel kwam vanaf 1921 in gebruik.
Het aantal paddenstoelen groeide snel. Om ze alle een nummer met een gelijk aantal cijfers te kunnen geven, zijn de oude nummers aangevuld tot een getal van vijf cijfers. De oorspronkelijke nummer 1 stond ooit aan het eind van de Zandheuvelweg bij Baarn. Door wijziging van de wegenloop ter plaatse werd deze paddenstoel weggehaald. Op de Zuiderheide, tussen ’t Bluk en Anna’s Hoeve zijn de paddenstoelnummers (2000)2, 3, 4 en 5 nog op de oorspronkelijke plekken terug te vinden.
De paddenstoel met het symbolische nummer 1 op deze – voor het Gooi historische – plek en dit informatiebord zijn in 2004 geplaatst door de ANWB op initiatief van het Goois Museum en gerealiseerd in samenwerking met het Goois Natuurreservaat, De Rijwielpadenvereniging Gooi- en Eemland en het Fietsgilde ’t Gooi. Plaatsing mogelijk gemaakt dankzijn een bijdrage van het ANWB Fonds.
Tot na 2000 bleef de ANWB paddenstoelen plaatsen. Er zat veel variatie in: vierhoekig, driehoekig, wit met zwarte belettering of rode belettering. In 2003 stapte de ANWB over op rode paddenstoelen van polyester. Ze zijn voorzien van witte vlakken waarop de bestemmingen in rode letters zijn aangegeven. Sinds 2010 is de Nationale Bewegwijzeringsdienst, onderdeel van Rijkswaterstaat, verantwoordelijk voor het plaatsen en onderhouden van de paddenstoelen. De dienst beheert 5.000 paddenstoelen.
‘t Bluk
Behalve een natuurgebied in de gemeente Laren is de huidige horecazaak genoemd naar een voormalige theeschenkerij met dezelfde naam. In Dec. 2000 is de horecazaak afgebrand, maar is gelukkig weer hersteld en een fijne plek om even te vertoeven.
Domela Nieuwenhuisplein, Oppepper van 5 februari 2023
Een aquarel van een bijzonder stukje Hilversum. De aquarel is gemaakt door Hans Almek(inders) en is gebruikt voor een verjaardagskalender. Op de aquarel zie je de huizen die te vinden zijn op Burg. Schooklaan 20 – 22 en 24. Ze staan op het zgn. Schookpleintje, dat sinds 2015 het Domela Nieuwenhuisplein heet. En dan raad je het al: Ferdinand Domela Nieuwenhuis, in Friesland en Groningen ook wel bekend als ‘ús ferlosser’, heeft daar de laatste 16 jaar van zijn leven gewoond op nummer 20.
Cok heeft een tijdje moeten zoeken maar wist daarna te achterhalen wat er op de aquarel te zien is. Het resultaat van zijn zoektocht lees je hieronder.
De aquarel van de puzzelfoto laat het Domela Nieuwenhuisplein zien: op de ‘kruising’ tussen de Burgemeester Schooklaan en de Van Lenneplaan.
Het rechter huis is Burgemeester Schooklaan 20, villa Annie. Dit huis werd in opdracht gebouwd van en bewoond door Ferdinand Domela Nieuwenhuis die leefde van 1846 – 1919 en woonde vanaf 1903 in Hilversum. Het huis ziet er nu uit zoals hiernaast.
Op de foto hieronder zien we de “oorspronkelijke versie” van villa Annie: op de gevel, links van het erkernaam, is de naam geschilderd.
Meer achtergrond informatie geeft deze link.
Op 9 juni 1903 tekende Domela voor de villa het koopcontract à 11.078,75 gulden, met een zware hypotheek overigens. Het was veel geld als we bedenken dat een arbeider destijds met zo’n twee gulden per dag naar huis ging. Het sociaaldemocratische dagblad Het Volk zag wel brood in die tegenstelling. Het schamperde over ’het schamele stulpje van kameraad Domela Nieuwenhuis te Hilversum’. Hij en Bertha noemden het huis Villa Annie, naar hun in 1892 geboren en in 1899 overleden eerste kind. Die naam werd op de voorgevel geschilderd…….
De Gooi en Eemlander schreef: “Op een dier wegen, de zoogenaamde Schooklaan, (. . .) staat een vroolijk, koket, proper villahuis, met een groot boograamdeur in den voorgevel, en veel licht en lucht en overal rond. Daar woont Domela Nieuwenhuis. Want het treft, dat in deze omgeving eener poppige bourgeoisie, van prenterige karakterloosheid, van vettig tronend kapitalisme en van zelftevreden stilte juist de man woont, die door zijn karaktereigenschappen, zijn ekonomische beginselen, zijn woelige leven en zijn hervormingsstrijd de sterkste tegenstelling vormt met den geest en het karakter van een dergelijke omgeving.’’
Een ander krantenartikeltje schrijft:
De vroege geschiedenis van het oude postkantoor, Kerkbrink 2, Oppepper van 8 januari 2023
Het voormalige postkantoor Kerkbrink 2 werd gebouwd in 1888 (in neorenaissance-stijl) en werd in 1904 verbouwd tot woon- en winkelpand. Het nieuwe postkantoor uit 1902 heeft men in 1940-’43 vervangen door het laatste postkantoor aan de Torenlaan/Kerkbrink 16. Het pand heeft slechts 16 jaar de bestemming van postkantoor gehad.
Cok wist via internet meer informatie over de komst van het postkantoor te achterhalen. In 1887 diende een aantal Hilversummers een klacht in bij de minister. Het Hilversumse postkantoor – toen aan de Oude Torenstraat – was, aldus de briefschrijvers, veel te klein, het lag verscholen achter de huizen en was gescheiden van het telegraafkantoortje. De Amsterdammer Adriaan Schakel, die verderop op de ’s-Gravelandseweg een buitenhuis bezat, bood aan om op zijn terrein op de hoek van de Kerkbrink en de ’s-Gravelandseweg een post- en telegraafkantoor met directeurswoning te bouwen. De postdienst ging in op het aanbod om dit te huren voor 1.000 gulden per jaar. Vanaf 1februari 1888 waren de post- en telegraafdienst verenigd onder één dak. Het pand, ontworpen door architect J. van Looij, staat er anno 2023 nog steeds en heeft al vele jaren nu een horecafunctie.
De postale historie van het pand is veel korter. In 1896 werd het verbouwd om betere service aan de snel groeiende bevolking te kunnen bieden. Dat zette echter onvoldoende zoden aan de dijk. Een jaar na de verbouwing ging er opnieuw een schriftelijke klacht naar de minister. Het postkantoor was veel te klein, schreven de Hilversummers. Het gebouwtje telde maar twee loketten terwijl de openbare publieksruimte met tien personen reeds geheel gevuld is en het gespreksgeheim van de telefooncel door de grootte gehorigheid niet gewaarborgd is. Verder, aldus een latere brief, maakte het straatlawaai telefoongesprekken onmogelijk, en was de optrekkende kou van het stenen vloertje in de gesprekscel ondraaglijk. De zoektocht naar een goede plek voor een nieuw postkantoor eindigde op 1 oktober 1901 bij de aankoop van een groot terrein (15 are en 3 centiare) op de hoek van de Kerkstraat en de Bussumerstraat. Op 1 april 1904 kon het nieuwe post- en telegraafkantoor worden geopend op de plek waar later C&A zich vestigde. en nu dan een boekhandel.
Over het raam met als thema “Maria, zetel van de wijsheid” in de St. Vituskerk aan de Emmastraat, Oppepper van 1 januari 2023
Gerard verwijst naar de brochure “Vensters naar de toekomst” (november 2006). Daarin staat de volgende omschrijving, die (gedeeltelijk) ook door Ella wordt meegegeven:
“Ter linkerzijde, tegenover het raam boven de sacristie, bevindt zich een prachtig raam met als thema: Maria, zetel van de wijsheid. Maria presenteert Jezus de scepter die uit Jacob is opgegaan. Ze is hier afgebeeld als de zetel van de ware wijsheid, Jezus Christus. Maria is hier in het rood gekleed.
De maagden aan de linker- en rechterzijde zijn vrouwen in de rijkdom van hun geestelijke roeping. Maria staat boven hen als Moeder van de Messias.
Dit raam werd in 1899 geschonken door het echtpaar Brouwer. Toevoeging van Gerard: in 1899 bij gelegenheid van hun zilveren huwelijksjubileum. Het betreft Brouwer van de Antonius Brouwerstraat. Informatie over Anthonius Brouwer is de vinden in het Straatnamenboek van Hilversum.
Voor de liefhebbers meer info over: ZETEL VAN WIJSHEID
In de Bijbel staan er vele spreuken die meestal aan koning Salomo worden toegeschreven. Maar als Jezus komt, zegt Hij: “Hier is meer dan Salomo!” Dat klinkt in Joodse oren als een ongelofelijke pretentie! Omdat Jezus Zelf de hoogste Wijsheid is, luidt een van de eretitels van Maria: “Zetel van de wijsheid”!
Het meest bekende voorbeeld van Salomo’s wijsheid is de geschiedenis in 1 Koningen 3:16-27 waar hij rechtspreekt tussen twee vrouwen die beide zeggen dat het meegebrachte kindje van hun is.
RAADSELTJE: Salomo mocht – toen hij koning werd – een wens doen. Hij vroeg om wijsheid! Zijn verlangen naar inzicht en wijsheid was groter dan dat naar rijkdom, macht, gezondheid en schoonheid! De koningin van Sheba (Ethiopië) kwam naar Jeruzalem om te luisteren naar de wijsheid van Salomo. Daar bestaan bij de Joden veel verhalen over, o.a. dit:
De koningin stelde Salomo op de proef om te zien hoe ver zijn onderscheidingsvermogen reikte. Ze had een bloem van papier gevouwen, die nauwelijks te onderscheiden was van een echte. Bij haar binnenkomst in de koningszaal stond ze op een afstand van Salomo op zijn troon, en ze vroeg hem of de bloem die ze in haar hand hield, een echte bloem was. Salomo antwoordde dat er niet genoeg licht was en liet de ramen openzetten. De koning wachtte twee minuten en zei: “Nee, die bloem is nep!” “Wat denk je van deze bloem”, herhaalde de koningin en ze haalde een identieke bloem onder haar mantel vandaan. Salomo keek nauwelijks, maar zei al vlug: “Ja dit is een echte bloem!” De hele hofhouding was verbaasd dat hij dit zo zeker wist. “Simpel”, antwoordde Salomo. “Ik liet de ramen openmaken om te kijken of er bijen binnen zouden vliegen. Bij de eerste bloem was geen bij te zien. Bij de tweede kwamen ze onmiddellijk naar binnen.”
Over gebouw Amalia, Oppepper van 25 december 2022
De foto is genomen van het appartementengebouw dat staat aan de Koningsstraat 5. Het heeft de naam Amalia gekregen. Vroeger stond op deze plaats de grote concertstudio van de KRO. Bijzonder aan het huidige gebouw is, dat het de vorm heeft gekregen van de voormalige studio.
Voor deze studio was een bijzondere constructie toegepast. Vanwege de akoestiek maakte architect Willem Maas de studio trapeziumvormig: Er werd gebruik gemaakt van “een doos- in-doos” constructie. De binnenmuren en buitenmuren hadden een aparte fundering, zodat er geen buitengeluid of verkeerstrillingen in de studio konden doordringen. Tussen beide muren zat een ruimte van ongeveer een meter. De plafondspanten stonden op de binnenmuren en de dakspanten op de buitenmuren. Deze studio maakte deel uit van het “KRO eiland”, gelegen aan de Emmastraat, Julianalaan, Wernerlaan en Koningsstraat. Het complex dateert uit 1936-1938.
De KRO ging in 2000 samen met AVRO en NCRV naar het AKN gebouw aan de ‘s Gravelandseweg. Na jaren van leegstaand zijn de oude studiogebouwen gesloopt.
Het (appartementen)gebouw Amalia maakt deel uit van het wooncomplex De KROon. Lettend op de schrijfwijze met drie hoofdletters KRO zien we ook een vingerwijzing naar de voormalige bestemming; KRO studio en KROon (als geheel woord) duidt ook op het koningshuis: naast Amalia maken de gebouwen Alexia, Ariane en De Kroon deel uit van dit wooncomplex met in totaal 85 appartementen.
Op 12 juni 2017 was het startsein voor de bouw van De KROon. Het geheel kreeg een woonbestemming. Op 22 juni 2019 werd het geopend door burgemeester Broertjes. De monumentale ingang aan de Emmastraat werd gerestaureerd en bleef gelukkig behouden. Bij oplevering van dit gebouwencomplex – vooral bedoeld voor 55+-ers – werd de slogan ‘De kroon op uw leven’ gebruikt.
Over de Lorentzschool, Oppepper van 18 december
De school was vanaf de invoering van de wet op het Basisonderwijs (1984) onderdeel van de Nassauschool.
In november 2004 werd door de gemeente voorgesteld het gebouw voor €1,00 te verkopen aan woningstichting Patio, waarbij de verplichting hoorde om het gebouw te restaureren. Het gebouw zou dan bestemd moeten worden voor peuterspeelzaal en sociaal culturele activiteiten. De gemeente zou dan zelf €100.000,00 als financiële bijdrage leveren.
In 2005 werd echter besloten de onderwijsbestemming te laten behouden – waardoor de gemeente eigenaar bleef – en werd de RK basisschool de Trimaran erin gehuisvest. In datzelfde jaar werd gestart met de restauratie, in combinatie met afbraak en nieuwbouw van woningen in de omgeving (Dudok Revisited). Op 9 januari 2006 werd het gebouw in gebruik genomen door de Stichting Katholiek Onderwijs Gooi- en Eemland, Wilgetoren.
De Wilgetoren is opgericht in december 2005. De school was toen gevestigd aan het Van ’t Hoffplein en bedoeld als dependance van basisschool de Wilge. Het gebouw aan het Van ’t Hoffplein heeft een torentje. Zo is de Wilgetoren aan zijn naam gekomen. In 2008 werd deze school een zelfstandige school met een eigen ontwikkeling naar een Jenaplanschool. Sinds juni 2017 is de Wilgetoren gehuisvest aan de Kamerlingh Onnesweg.
De huidige gebruiker is OBS Lorentzschool, Locatie Van ’t Hoffplein.
De Lorentzschool is een openbare basisschool in de gemeente Hilversum en is onderdeel van Stip (Stichting Primair Openbaar Onderwijs Hilversum). De Lorentzschool is een gecertificeerde Daltonschool. In de schoolgids van deze school staat over deze locatie: ‘Deze kleine locatie is in het schooljaar 2017-2018 geopend als locatie voor twee van onze kleutergroepen en drie groepen van de oude Minckelersschool, waarmee we gefuseerd zijn. Inmiddels zijn al onze 5 kleutergroepen daar gevestigd en biedt deze kleinschalige locatie een prettige start voor onze kleuters. Uiteraard werken ook deze groepen al aan de hand van ons Daltonconcept.’
Over het beeld Sirene, Oppepper van 6 november
Het beeld stond eerst (sinds 1981) in Raadhuisvijver. De Sirene 1A werd gemaakt in 1968 en was al in bezit van de stichting (kosten ongeveer ƒ 47.000). Tijdens de restauratie van het raadhuis werd het beeld bewaard. In november 1997 werd het gestolen, maar twee dagen later teruggevonden in een bos. Sinds 1986 staat het in de vijver aan de Kapittelweg. Vijver aan de Kapittelweg in de wijk Kerkelanden. Sirene is een verbeelding van demonische wezens uit de Griekse mythologie. Deze wezens, half vrouw, half vogel waren er op uit de zeevarenden met lokkend gezang te misleiden en hen daarna te doden. De Hilversumse Sirene is er een uit een serie van 7. Er staat in de Valkenburgerstraat in Amsterdam Centrum ook een exemplaar. Ook in Grootschermer staat een Sirene. Daar is in een mooie beeldentuin nog veel meer werk van Nic Jonk te bewonderen.
Nabrander over het dr. Cuypersplein, Oppepper van 2 oktober
De kerk dateert uit 1928. Zoals dat voor de Tweede Wereldoorlog nog was, omslaat het terrein van de kerk heel wat grond. Daar waar nu de flat staat aan de J. v/d Heijdenstraat, stond vroeger jongensschool “Willibrordus”. Daarachter was aanvankelijk een kleuterschool. En wat nu basisschool “De Wilge” is, was toen de meisjesschool “Gertrudis”. “De Wilge” is dus niet alleen de naam van de boom, maar ook een samenvoeging van die twee namen. De schoolgebouwen en de kerk waren in een soort vierkant gezet met er tussen in een grote tuin. Op foto’s uit die tijd zie je ook dat deze gebouwen hier in deze wijk als eerste neergezet waren, terwijl alles eromheen nog heide was.
Over het gebouwtje Boxengarage, Oppepper van 18 september
Over het A.T. College, puzzelfoto van 4 september
Op 3 oktober 1921 startte in een villa op Emmastraat 56 de R.K. HBS van Hilversum, met 36 leerlingen en 10 leraren. Enkele jaren daarvoor was het na een lange politieke twist met de onderwijspacificatie van 1917 wettelijk mogelijk geworden om bijzondere, en dus ook katholieke scholen, met financiering uit publieke middelen te stichten. De katholieke minderheid in Nederland maakte daarvan volop gebruik – ook in Hilversum. Het doel was de emancipatie van het katholieke volksdeel te bevorderen.
Een nieuw schoolgebouw
Vanaf 1924 liet de school ook meisjes toe en het leerlingenaantal groeide. De “houtbouw” in de tuin van de villa, die de nodige extra ruimte moest bieden, werd in 1931 verwoest door brand. Dat was het startsein voor de planning van een nieuw schoolgebouw. In 1938 werd het gebouw -mét kapel- naar een ontwerp van Nico Andriessen, duidelijk beïnvloed door de beroemde architect Dudok, in gebruik genomen.
R.K. Lyceum
In de Tweede Wereldoorlog, toen het gebouw door de Duitse bezetter werd gevorderd, werden leerlingen en leraren elders ondergebracht, onder andere in de Heilig Hartparochie. Toen de school in 1946 haar eigen gebouw weer in gebruik nam, was het leerlingenaantal gegroeid en werd bovendien een gymnasiumafdeling geopend. De school heette vanaf dat moment R.K. Lyceum. In 1954 werd een middelbare meisjesschool toegevoegd. De groei van de school zorgde ervoor dat extra lesruimte moest worden gezocht, zoals in een nieuw aangebouwde vleugel, in de tot leslokaal omgebouwde kapel, in de “Villa Cecilia” naast de school op de Emmastraat, en in Laren, waar een tijdelijke dépendance later verzelfstandigde tot ‘Laar en Berg’. In 1966 sloten de leerlingen uit HBS 6a bij wijze van examenstunt de school en spijkerden, terwijl de leerlingen en leraren buiten op ‘de cour’ zaten, boven de deur een nieuw naambordje: “Alberdingk Thijm College”. Dat grapje werd in alle ernst overgenomen door het bestuur, zodat de school vanaf 1968 de naam van de 19e eeuwse schrijver en publicist J.A. Alberdingk Thijm draagt.
Verzetsmonument Rosarium
Beeldhouwer en ontwerper was Piet Esser. Hij was geboren in Baarn en geldt als een van de meest vooraanstaande portretbeeldhouwers van Nederland. Hij omschreef het beeld in het Rosarium als volgt :
De linker hand getuigt van kracht
Waarmee hij naar zijn vrijheid streeft.
De rechter, die hij bij zijn voorhoofd heeft
Spreekt van de smart die ’t onrecht bracht.
Zo even heeft hij nog gewacht,
Maar nu, het lijkt of hij plots leeft,
En meer om vrijheid dan om vrede geeft, Heeft hij genoeg van deze lange nacht
Tilt op zijn knie als waar
Het dat hij de strijd aanbindt.
En zo, in deze houding staat hij daar,
Rondom hem gras, en rozen, paden grint.
Zo zien we hem slechts eens per jaar.
Ik denk dat ik dat jammer vind.
Beroemd is zijn beeld van Charlotte van Pallandt.
KRO-eiland: Gebouw Ariane
Het hele wooncomplex De KROon bestaat uit vier appartementengebouwen.
Aan de Emmastraat – hoek Julianalaan – het voormalige KROgebouw met 26 zorgappartementen onder het motto ‘De Kroon op uw leven’. Dit gebouw heet De Kroon.
Verder op het KRO-eiland, zoals dit gedeelte van de woonwijk in de volksmond genoemd werd, aan de Julianalaan dus gebouw Ariane (20 appartementen), voormalige KRO-villa’s. Aan de kant van de Wernerlaan-Koningsstraat-Emmastaat de gebouwen Amalia (17 appartementen in voormalige studio) en Alexia (22 appartementen).
‘In de architectuur is ernaar gestreefd de verschillende gebouwen aan te laten sluiten op de omgeving.
Het voormalige rijks monumentale KRO-gebouw is als herkenningspunt gerespecteerd, evenals de studio die is herbouwd in eenzelfde architectuur. De voormalige zijvleugel is vervangen door een drie laags woongebouw. De kenmerkende ramen, het KRO-embleem op de gevel, de stenen en kleuren zijn gebleven, evenals het doorzetten van de ronde vormen, daklijsten en de horizontale beeldvorming.
In de herbouwde studio is door middel van gezaagde gevelopeningen daglicht gerealiseerd. De voormalige aanbouwen van deze studio zijn zichtbaar gemaakt middels gestucte gevels en nieuwe aanbouwen. Het gebouw Alexia op de hoek Emmalaan – Koningsstraat bestaat uit vier bouwlagen , drie lagen van steen en een terugliggende aluminium bovenlaag. De hoek wordt gekenmerkt door een verbijzondering in gevelopeningen en metselwerk.
De villa’s Ariane hebben een rijke detaillering aan de voorzijde, moderner aan de parkzijde, wat doet vermoeden dat deze later aan de hoofdvilla zijn aangebouwd.’
Over de toren van de Geraniumschool
Oospronkelijk een openbare lagere school. Tevens tijdelijk onderkomen geweest voor het Nieuwe Lyceum en de Fred. van Eeden ULO school. De school vormt een oriëntatiepunt in het hart van de wijk. Er zijn ‘bekende Dudokzichtlijnen’ met de Clemenskerk en een richting Lupinestraat. Ook, als je over de Diependaalselaan rijdt steekt de markante toren er fier en trots bovenuit.
De school kent een symmetrische bouw. Het middengedeelte is hoog, aan weerskanten lage zijvleugels, die een mooie overgang vormen met de woningen in de omgeving en de kinderen, die er naar school gingen omarmden.
Het gebouw heeft veel overeenkomsten met Slot St. Hubertus ( Berlage) op de Veluwe. Niet zo verwonderlijk, want Dudok was in die tijd erg geïnspireerd door deze architect.
Het uurwerk op de toren, omringd door fraai Amsterdamse School metselwerk, is bijzonder. Het bevindt zich nl. aan 4 zijden. Praktisch voor de moeders. Die hoefden maar naar buiten te kijken, om te zien hoe laat het was. Zij konden in de gaten houden of hun kinderen regelrecht naar huis kwamen of na moesten blijven.
In 1985 verbouwd tot woonruimten voor jongeren. Helaas zijn toen de ramen en het mooie houtwerk daaromheen grondig veranderd, waarbij juist die charme verdwenen is. Jammer, dat de gemeente ten tijde van de renovatie van de Bloemenbuurt er geen oog voor
Over het beeld ‘Liggend’
Alphons Willem Bernhard Johannes (Fons) Bemelmans geboren in Maastricht in 1938 is een Nederlandse kunstenaar, vooral bekend als beeldhouwer . Hij is ook werkzaam al edelsmid, kunstschilder en graficus.
Bemelmans begon zijn opleiding als edelsmid in 1955 aan de academie in Maastricht waar hij in 1958 de St Lucasprijs won. Vanaf 1960 tot 1962 ging hij in onderricht in Keulen aan de Kölner Werkschulen en daarna nog aan de Accademia di belle Arti di Brera in Milaan tot 1963. Zijn werk laat zich omschrijven als geabstraheerd figuratief met de klassieke thematiek van mythen en sage. Fons Bemelmans woont en werkt in Eijsden. Hij signeert zijn werk soms met FB.
Anton Gerits schreef er een mooi gedicht bij:
Liggend
Je bent ineens zo naakt
als je gevallen bent
languit en zonder reden,
je zweeft zelfs even weg
naar wie je vroeger was,
kunt niet meer overeind.
Je zou wel willen slapen
als na het warme bad,
maar je wordt opgericht
door twee bezorgde handen,
een onbekende stem,
bemoedigende woorden
|zich hechtend in je hoofd
dat zich nu ouder weet
op weg naar dichterbij.
Vervolg van de Puzzelfoto op 24 april 2022
Huisje op de Joodse Begraafplaats
Dit maal is er een foto genomen van het metaheerhuis (lijkenhuisje op een Joodse begraafplaatsen) van de Joodse gemeenschap aan de Vreelandseweg nr.1. Het gebouw behoort bij de Joodse begraafplaats, die zich hier sinds 1937 bevindt.
Boven de ingang van de aula staat de tekst (vertaald):
“Ja, klein en groot, is daar àl bijeen en vrij is ook de knecht er van zijn heer”, een tekst uit Job 3:19.
De joodse gemeente kreeg in 1751 de beschikking over een begraafplaats aan de Gooische Vaart. Deze is tot 1863 in gebruik en is in 1937 geheel geruimd. Vlak voor de sluiting van deze begraafplaats werd een nieuwe begraafplaats aan de Vreelandseweg in gebruik genomen.
Gedurende de jaren 2007 t/m 2010 zijn het oorspronkelijke gebouw, woning van de beheerder, het metaheerhuis en de naastgelegen opslagruimte ingrijpend gerestaureerd en verbouwd en hebben nieuwe functies gekregen. Het toegangshek en het hekwerk rond het terrein van de begraafplaats vernieuwd.
De geschiedenis van de Joodse gemeenschap in Hilversum meldt een gruwelijk getal. Van de Joodse bewoners heeft slechts 10 % de oorlogsjaren overleefd. Een gedenkteken op de Joodse begraafplaats houdt de herinnering aan de slachtoffers in stand. In 1951 woonden er nog 200 Joden in Hilversum. De vele struikelsteentjes, op dit moment 517 , zijn een stille getuige van hun aanwezigheid in Hilversum
De begraafplaats is nu een gemeentelijk monument.
Vervolg van Oppepper 3 april
Over Villa Westerengh (gemeentelijk monument) Larenseweg 285
In het Bestemmingsplan Noord wordt deze villa omschreven als de villa Westerveld. Volgens die beschrijving is deze gebouwd omstreeks 1880, in een voor de bouwtijd karakteristieke, eclectische bouwtrant. De architect is onbekend. De villa is van algemeen belang vanwege de cultuurhistorische, de architectonische en de ensemblewaarde, alsmede vanwege de gaafheid.
Elders: de villa Westerengh op het terrein van de bron der waterleiding van Nieuwer-Amstel, later Amsterdamse Waterleiding. Voormalige directeurswoning van de Amsterdamse Waterleidingmaatschappij.
Daarnaast:
Mogelijk dat de verwarring over de naam van deze villa (Westerveld of Westerengh) gelegen is in de volgende beschrijving? ‘De bronwaterleiding te Hilversum leverde water dat uit een 35 meter diepe zandlaag op de heide van Hilversum werd onttrokken. Dit water werd doorgepompt door het pompstation Westerveld, dat zowel levering- als distributiepompstation was. Een groot deel van dit water ging naar de Provinciale Waterleidingsmaatschappij Noord-Holland, de gemeente Muiden en het militaire kamp te Laren. Het gedeelte dat naar Amsterdam ging kwam grotendeels terecht in Diemen, dat door Amsterdam van water werd voorzien.
En – in dit verband – ook interessant (info GEO-park), maar wel wat bij het eigenlijke onderwerp vandaan…….:
In de zandige stuwwallen van het Gooi zakt het regenwater gemakkelijk weg. Aan de randen van het Gooi komt dit water als kwelwater tevoorschijn. Op de hoogste plekken van het Gooi ligt het water tot tien meter diepte. Dit water is moeilijker te winnen, maar toch was men hier omstreeks 1900 buitengewoon in geïnteresseerd. Dit water was geïnfiltreerd in de bodem van bos- en heidegebieden en daarom uitermate schoon.
Om het water uit de bodem te krijgen waren pompstations met grote pompen nodig. De toen beschikbare zuigpompen waren echter niet in staat diep water op te pompen. Vanaf 10 meter ontstaat er bij zuigpompen een vacuüm in de aanvoerleiding.
Vandaar dat vanaf circa 1900 aan weerszijden van de Hilversumse/Larenseweg pompstations in diepe kuilen in het landschap werden geplaatst. Aan de noordzijde van de Larenseweg kwam de Bron der Waterleiding Westerveld op de kruising van twee diep ingegraven sleuven te liggen. In het noordelijke verlengde van de noord-zuidsleuf liep de Waterleiding Nieuwer Amstel (ook wel aangeduid als Bronwaterleiding Amsterdam) naar de Laarder Watertoren. Het tracé is nog altijd herkenbaar aan een kaarsrecht pad over de heide.
Aan de zuidzijde van de Hilversumse weg kwam iets later, ook in een gegraven diepte, de Bron der Hilversumsche Waterleiding tot stand. Deze kuil werd in de jaren 1950 en 1960 uitgebreid tot een laagte van bijna 200 bij 500 meter. Toen ging het om zandwinning. Hoewel nu andere pomptechnieken beschikbaar zijn, liggen de pompstations nog altijd in deze laagten.
Vervolg van Oppepper 13 april over Barbershop Den Uylplein
Amsterdamse School
Het pandje is gebouwd in een voor het vroege werk van Dudok karakteristieke, aan de Amsterdamse School verwante bouwstijl. De voormalige politiepost heeft één bouwlaag en was ingedeeld met een portaal, toilet, politiecel en wachtlokaal. De gevels van het pand zijn volledig opgetrokken in hout. Aan de onderzijde zijn schuin liggende horizontale planken gebruikt, terwijl daarboven staande planken zijn gebruikt. Boven de toegangsdeur steekt de dakrand naar voren uit, waardoor een luifel is ontstaan. De vensters, dakrand, luifel en entree zijn alle voorzien van decoratief houtsnijwerk. De kleuren groen en geelbruin zijn karakteristiek voor de door Dudok ontworpen vroege gebouwen. Het oranjerode pannen schilddak steekt hier mooi tegen af.
Nieuwe bestemming
Nadat het nieuwe raadhuis van Dudok in 1931 in gebruik was genomen, nam de gemeente de Kerkbrink, waar het oude raadhuis en de politiepost zich bevonden, onder handen. De dienstgebouwen die vanwege het ruimtegebrek in het oude raadhuis op de Kerkbrink in gebruik waren genomen, een oude school en een gymnastieklokaal, zouden worden afgebroken. Volgens de Gooi- en Eemlander zou ‘door het sloopen der oude gebouwen weer een stukje Hilversum verdwijnen, dat een historie heeft van bijna twee eeuwen’. De politiepost echter werd behouden, maar kreeg een nieuwe bestemming aan de Larenseweg (toen nog Laarderweg geheten). De politiepost verving de post aan de Kleine Drift, een door Dudok in 1919 in Amsterdamse Schoolstijl ontworpen gebouwtje. Sinds 1947 is in het gebouwtje een kapperszaak gevestigd, thans de herenkapperszaak ‘Barbershop Hilversum’.
Vervolg van Oppepper 27 februari
De Nieuw-Apostolische Kerk aan de Johannes Geradtsweg sluit over twee weken de deuren. Het gemeentelijk monument is verkocht aan een projectontwikkelaar.
De kerkgemeente werd in de afgelopen jaren geconfronteerd met een afname van het aantal actieve leden en toenemende onderhoudskosten van het kerkgebouw. Dit heeft het kerkbestuur doen besluiten om het kerkgebouw te verkopen, meldt woordvoerder Reinier van Markus van Nieuw-Apostolische Kerk in Nederland. Het pand is verkocht aan een projectontwikkelaar, die het een (nog onbekende) nieuwe bestemming gaat geven. ’Omdat het om een beschermd gemeentelijk monument gaat, zal dit binnen de huidige muren van het kerkgebouw gebeuren.’
Lief en leed
Het sluiten van een kerk is een ingrijpende gebeurtenis, stelt Van Markus. ’In het kerkgebouw, dat in 1937 in gebruik werd genomen, hebben veel mensen lief en leed met elkaar gedeeld. Niet alleen voor mensen uit Hilversum, maar ook voor de landelijke kerk had dit kerkgebouw een belangrijke functie van samenkomst.’ Daaraan komt een einde als op zondag 1 augustus de laatste kerkdienst zal worden gehouden en het kerkgebouw aan de eredienst zal worden onttrokken. Leden van de kerkgemeente zullen in omliggende plaatsen hun plaats gaan innemen.
Het kerkgebouw is een ’interbellumkerk’ in sobere functionalistische vormen, stilistisch beïnvloed door het werk van de Hilversumse architect W.M. Dudok. Het ontwerp is van Barend Hendrik Bakker en zijn zoon Cornelis Marinus Bakker, architecten te Hilversum.
Vervolg Oppepper 20 februari
Als buitenhuis / zomerverblijf gebouwde ‘VILLA Henriëtte’. Gebouwd in 1896 in schilderachtige eclectische trant met invloed van de chaletstijl. Het huis is in opdracht van J. Ter Meulen gebouwd als zomerverblijf naar ontwerp van de architecten A.L. en J.G. van Gendt in het Hilversumse Susannapark. Villa Henriëtte werd als een van de eerste landhuizen in het park gebouwd, en vervulde een poortfunctie vanwege haar strategische ligging op het hoogste punt van het (destijds nog grotendeels onbebouwde) park, dat onderdeel uitmaakt van het van rijkswege beschermde dorpsgezicht ‘Noordwestelijk Villagebied’. Nadat de omroepvereniging NCRV het gebouw in 1936 had aangekocht, kreeg het pand tot 1939 de functie van radiostudio en daarna een kantoorbestemming.
Het buitenhuis / zomerverblijf ‘VILLA Henriëtte’ vertegenwoordigt architectuur- en cultuurhistorische waarde als representatief voorbeeld van een buitenhuis / zomerverblijf in schilderachtige eclectische trant met chaletstijl-invloed uit het oeuvre van de gebroeders Van Gendt. Villa Henriëtte is van stedenbouwkundig belang vanwege de markante en beeldbepalende situering in het Noordwestelijk Villagebied en heeft cultuurhistorische samenhang en ensemblewaarde
De gebroeders van Gendt hadden samen met hun vader een heel groot ontwerpbureau. Oorspronkelijk is het A.L. van Gendt die als architect gebouwen ontwerpt, maar later komen de twee zoons ook op het architectenbureau te werken. Later werken ze ook vaak onder de naam gebroeders Van Gendt. Gedrieën hebben zij tussen ongeveer 1850 en 1930 vele gebouwen in Amsterdam ontworpen. Nog vaker waren zij als constructieve of programmatische adviseurs betrokken bij gebouwen. Zij hebben aan veel bank- en kantoorgebouwen getekend en waren ook gespecialiseerd in constructies en kluizen. Het is ook niet altijd duidelijk wie wat heeft ontworpen en getekend.
Maar zonder de architectenfamilie van Gendt zou Amsterdam er heel anders hebben uitgezien. Tegen het einde van de 19de eeuw is het architectenbureau waarschijnlijk het grootste van Nederland en in elk geval het productiefste. Er zijn perioden dat zij en hun medewerkers aan meer dan 100 projecten tegelijk bezig zijn. Daaronder zijn heel wat gezichtsbepalende panden, zoals het Concertgebouw (1888), de Hollandsche Manege (1880), gebouw Frascati en de winkelgalerij in de Raadhuisstraat (1899)